Het kan bijna niemand ontgaan zijn: Hoogeveen zit in een diepe financiële crisis en nu ook nog in een chaotische politieke crisis. In de afgelopen dagen volgden de gebeurtenissen elkaar in sneltreinvaart op en was nauwelijks in te schatten wat de gevolgen zouden zijn van deze gebeurtenissen.
Al een aantal maanden, zo niet langer, rommelde het binnen de raad en college. De ene na de andere motie volgde elkaar op, maar vrijwel alle van de meest dringende moties hadden geen kans van slagen. De gemoederen binnen de raad zijn meermaals opgelopen met als hoogtepunt, of moeten we zeggen; dieptepunt, het vertrek van de complete oppositie tijdens de raadsvergadering. Er werd meermaals bij het college aangedrongen op zelfreflectie, op de welbekende spiegel, welke helaas onaangeroerd in de kast bleef staan. En gezien de 18-13 stemverhouding binnen de raad, had de oppositie geen werkelijke kans van slagen met welke motie dan ook. Twee weken geleden had de VVD nog een motie van wantrouwen ingediend en deze werd niet aangenomen in de raad. De coalitie hield elke keer stand vanuit de politieke meerderheid. Verbinding met de oppositie zoeken, leek dus ook niet nodig. Immers; alles wat de coalitie wilde was op voorhand een zekerheidje in de Raad. Met als gevolg dat de oppositie in de afgelopen twee jaren continu het nakijken had met haar voorstellen om de verandering in te zetten in het dreigend financieel debacle. Die voorstellen, daaraan hebben alle oppositie partijen, en niet alleen VVD, hun steentje bijgedragen. Iedere partij op zijn eigen manier en vanuit zijn eigen politieke kleur. Ondanks het verschil van de politieke kleur en alle tegenstellingen die de diverse partijen met zich meebrachten, bleek dat samenwerken binnen de oppositie wel degelijk mogelijk was. Hiermee werden wel de verhoudingen tussen oppositie en coalitie op scherp gezet. Dit heeft het politieke landschap in Hoogeveen geen goed gedaan.
De welbekende druppel die de welbekende emmer deed overlopen was de notitie “Samenredzaamheid”, de zelfanalyse “Hoogeveen financieel gezond”. De zelfanalyse van het college en de uitvoeringsorganisatie. Het grote “hoe heeft dit allemaal kunnen gebeuren”; een oprechte zelfanalyse waarbij de kool en de geit niet gespaard werden. Uit deze analyse van de gevolgen moesten we wel concluderen dat het naar huis sturen van het college geen optie was. Als VVD zagen we wel de kans om hier als raad mee aan de slag te gaan. Vanuit de gedachte dat de raad een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid heeft, heeft VVD alle partijen gepolst om samen tot een voorstel te komen. Een voorstel voor het aanstellen van een externe deskundige om namens de raad de controle uit te oefenen op een raadsbreed akkoord. Dit raadsbrede akkoord moest de basis worden voor het financieel gezond maken van Hoogeveen, gebaseerd op realistische uitgangspunten. Waarbij de ambities uit de verschillende programma’s van het coalitie akkoord maar even in de ijskast gezet moesten worden. Realistisch en met oog voor de samenleving. Dat was het voorstel waar de VVD de afgelopen twee weken mee aan de slag wilde en mee aan de slag ging. Bijna alle partijen, inclusief coalitiepartijen, hadden oor voor deze samenwerking. Daar waren we blij mee, omdat op deze manier de traditionele 18-13 stemverhouding doorbroken werd.
Helaas werd er roet in het eten gestrooid. Een sneltrein aan gebeurtenissen denderde voorbij, beginnende met de motie aankondiging van de PvdA. De PvdA kondigde een motie aan inzake het aftreden van het college en het formeren van een zakencollege. Daarbij deed zij de oproep tot een debat over de zelfanalyse van het college. Dit laatste was op zich zeer begrijpelijk, want de conclusies en aanbevelingen waren niet mals. Het eerste, het vormen van een zakencollege, was een alternatief voor de aanpak van gezamenlijkheid. De gezamenlijkheid komt tot uiting in het vaststellen van raadsbreed akkoord voor het zakencollege. Dat zou een lastige worden. Immers; een raadsbreed akkoord is alleen een akkoord met een 31-0 stemverhouding. De druk achter het opzeggen van vertrouwen in het college zou een moeilijke opgave zijn geweest, gezien de huidige politieke verhoudingen van 18-13.
Vorige week dinsdag kwam daar het persbericht van het CDA overheen, dat voorstelde een externe adviseur te benoemen als een soort informant. Wel vreemd om een informant te benoemen terwijl het college nog zitting heeft. Was dit een soort motie van wantrouwen? Wat wilde CDA bereiken met deze stap? Fractievoorzitter Kreuze noemde het deuren en ramen opzetten naar samenwerking. Dit openen van deuren en ramen heeft in ieder geval geleid tot het emotioneel afscheid van wethouder van der Heide.
Juist de wethouder die stappen had gezet in de verbinding. Juist de wethouder die een verandering in gang had gezet. Juist de wethouder die zoveel empathie heeft voor en bij mensen. Juist de verbinder en het menselijk gezicht van het college stapte op. Heel jammer en daarmee kwam ook de zelfanalyse “Hoogeveen financieel gezond” te vervallen. Dit hield meteen in dat het geplande debat van afgelopen donderdag hierover niet meer mogelijk was. Een impasse was ontstaan en hoe zou je een dergelijk scenario direct het hoofd kunnen bieden in de laatste vergadering voor het zomerreces?
Misschien was dat wel het zetje voor de raad om tot een raadsbrede opdracht te komen voor het aanstellen van een verkenner. Waarom wilden wij als VVD aan de slag met het gezamenlijk formuleren van deze opdracht? Waarom niet blijven bij het voorstel wat we zelf al hadden liggen? We zagen de kans om de impasse te doorbreken. We zagen de kans om met alle partijen, ongeacht de politieke kleur, een raadsbrede opdracht te formuleren. Hadden we het anders willen doen, was het waarschijnlijk onmogelijk geworden door die 18-13 verhouding binnen de Raad. Moties van wantrouwen of treurnis of anderszins kregen en krijgen geen vaste voet in de aarde van de Hoogeveense politiek. Dus kozen we voor de weg van de samenwerking. En dat is wat er nu ook is gebeurd. Alle partijen zijn om de tafel gaan zitten en hebben ongeacht de politieke kleur een raadsbrede opdracht weten te formuleren om die impasse te doorbreken. Om de politieke verhoudingen te doorbreken. Om de gezamenlijke verantwoordelijkheid te nemen om een begin te maken met de verandering en te beginnen met het puinruimen.
De opdracht ging om het aanstellen van een verkenner. Deze verkenner moest vastleggen of er voldoende vertrouwen is binnen het college. Deze verkenner moest informatie ophalen om te kijken of een raadsbreed akkoord mogelijk is. De verkenner moest ook onderzoeken of het huidige college in staat zou zijn om de kar te trekken de komende twee jaren. Maar misschien nog wel belangrijker in deze opdracht was dat er elementen van verschillende partijen in naar voren zouden komen. Twee externe deskundigen als verkenner en de mogelijkheid tot onderzoeken van een minderheidscollege zijn voorbeelden van deze elementen. Het zou dus niet op voorhand al uitgesloten worden dat er minderheidscollege gaat regeren. VVD is voorstander van een minderheidscollege, omdat het nieuwe college dan altijd in overleg moet treden met de raad om een meerderheid te krijgen. Het aloude 18-13 komt dan te vervallen.
Het huidige college deed de belofte geen nieuwe grote verplichtingen aan te gaan en dit zomerreces alleen de noodzakelijke zaken op te pakken.
De bedoeling was ook dat de komende weken de partijen in de raad om tafel zouden zitten om twee verkenners te benoemen en een duidelijke opdracht formuleren voor de verkenners, waarbij alle opties openstaan en niet bij voorbaat een aantal op no go staan.
Hoe anders is de situatie nu. We schrijven inmiddels maandag 6 juli en het bericht kwam naar buiten dat ook wethouder Erwin Slomp de beslissing heeft genomen om op te stappen. Vanuit de krant hebben we het volgende moeten vernemen:
“Afgelopen weekend heb ik hier (het besluit om aan te blijven binnen het college – red.) flink op gereflecteerd. Uit deze reflectie kwam naar voren dat het stuurloos achterblijven van de gemeente zal worden opgelost door de burgemeester en samenwerking met de commissaris van de Koning. Naast deze reflectie heb ik donderdag goed geluisterd wat er in de raad gezegd is. Vooral de woorden van de fractie van het CDA heb ik ernstig mee laten wegen in mijn besluit. Dit heeft mij doen besluiten om per direct te stoppen en mijn ontslag als wethouder bij de voorzitter van het college en raad in te dienen.”
Na dit communiqué vanuit de pers volgde het bericht in onze mailbox. Wederom werd de raad als laatste op de hoogte gesteld, iets wat wij betreuren. Maar wat nog betreurenswaardiger is: de opdracht die de voltallige raad afgelopen donderdag heeft ingediend, komt hiermee op lossen schroeven te staan. We verwachten dat nu de voorzitter van raad en college duidelijkheid schept in de ontstane situatie en vooral wat de vervolgstappen zijn. Zodat de raad in haar kracht komt te staan. Dit wil echter niet zeggen dat er hiermee geen taak meer ligt voor de VVD en voor de overige partijen.
De VVD zal als oppositieleider de benodigde regie nemen en invloed uitoefenen om de komende weken te komen tot een weloverwogen advies. Een advies waarbij alle opties open moeten staan en waarvan we de gevolgen zullen accepteren. Een advies waar we als VVD volmondig achter kunnen staan. Een advies waarbij alle opties open staan en een advies waarvan we allen de gevolgen zullen accepteren. Afwachten en stilzitten? Onder geen beding. We zetten onze schouders eronder. De VVD bestaat uit doeners.
VVD Fractie Hoogeveen